Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Schalkenmehrer Doppelmaar.

     

Het Schalkenmehrer Maar bestaat eigenlijk uit twee aparte Maare. Het oostelijke Maar is een verland Maar en het westelijke Maar is met water gevuld. Als eerste ontstond het oostelijke Maar. Dit is te zien doordat de wal van vulkanisch as van het oostelijke Maar bij de vorming van het westelijke Maar werd aangesneden. Nu nog ligt er een lage wal tussen beide Maare. Een tijdlang groeide er een vegetatie van drijfplanten met Fonteinkruiden (Potomageton) en Waterlelies (Nymphea sp.) in het oostelijke Maar. Daarna volgde de explosie van het westelijke Maar en vulde de as hiervan het oostelijke Maar gedeeltelijk op. Omdat het meertje daardoor ondieper werd, ging de verlanding van het oostelijke Maar sneller dan die van het westelijke Maar. Bovenop een veenlaag die erna werd gevormd bevindt zich ook nog tufsteen uit het Weinfelder Maar, dat dus nog later uitbrak. Er ligt nu een veenlaag van maximaal acht meter dik, die aan de oostkant veel dikker is dan aan de westkant. Het cirkelronde oostelijke Maar is 700 meter in doorsnede, de diepte varieert tussen 28 en 63 meter. Aan de noordelijke binnenrand van het droge Schalkenmehrer Maar ligt een kleine slakkenkegel. Zeer bijzonder in de laagveenvegetatie van het oostelijke Maar is het voorkomen van de Moerasvaren (Thelypteris palustris).
Het westelijke Schalkenmehrer Maar is ongeveer 700 bij 900 meter groot. De diepte van het Maar is tussen 100 en 121 meter. De laatste uitbraak van het westelijke Schalkenmehrer Maar vond rond 11.000 voor Christus plaats.
Het meertje in het westelijke Schalkenmehrer Maar is 21 meter diep en redelijk eutroof. Dit komt door de intensieve akkerbouw in de krater die steeds meer voedingsstoffen in het water brengt. Het meertje is echter redelijk ondiep zodat het water ´s winters vaak goed met zuurstof wordt vermengd.
De eutrofiering is te herkennen aan een rijke watervegetatie, met name in de oeverzone. Ook is het water vaak troebel en ligt er een laag rottend slib op de bodem. Langs het water ligt een brede rietkraag met Riet (Phragmites austrialis), Gele lis (Iris pseudacoris), Moerasspirea (Filipendula ulmaria), Haagwinde (Calystegia sepium), Kalmoes (Acorus calamus), Mattenbies (Scirpus lacustris), Harig wilgenroosje (Epilobium hirsitum), Zompzegge (Carex curta), Gewone wederik (Lysimachia vulgaris), Blauw glidkruid (Scuttellaria galericulata) en Bitterzoet (Solanum dulcamara). Aan de zuidkant heeft het Maar een afvoer naar de Alfbach. Op het water leven Futen (Podiceps cristatus) en Wilde eenden (Anas platyrhynchos).
De weilanden en akkers rondom het meertje worden inmiddels aangekocht door de Landesregierung van Rheinland-Pfalz om ze op een meer natuurvriendelijke wijze te beheren.
Op de bovenrand van het Schalkenmehrer Doppelmaar groeien zure graslanden met als typische soorten Brem (Cytisus scoparius), Grasklokje (Campanula rotundifolia), Mantelanjer (Petrohagia prolifera), Grote weegbree (Plantago lanceolata), Viltganzerik (Potentilla argentea), Muizenoortje (Hieracium pilosella), Schapenzuring (Rumex acetosella), Gestreepte klaver (Trifolium striatum), Reigersbek (Erodium cicutarium), Harig zenegroen (Ajuga genevensis), Agrimonie (Agrimonia eupatoria), Torenkruid (Arabis glabra), Smal fakkelgras (Koeleria macrantha) en Melige toorts (Verbascum lychnitis). Op Duizendblad (Achillea millefolium) is zelfs de zeldzame Blauwe bremraap (Orobanche purpurea) te vinden. In de graslanden leeft de Kleine parelmoervlinder (Issoria lathonia) en het Tweekleurig hooibeestje (Coenonympha arcania).
Verspreid liggen er ook oude hoogstamboomgaarden met knoestige oude appels en kersen. In de holtes broeden Spreeuwen (Sturnus vulgaris) en op de takken maken Kramsvogels (Turdus pilaris) hun nesten. Daarnaast liggen er akkers en hooilanden in het Maar. Hier leeft de Kwartel (Coturnix coturnix) die zijn aanwezigheid door zijn roep verraadt.
De bossen aan de bovenrand van het Maar bestaan grotendeels uit loofbossen en doorgeschoten struikgewas met veel Sleedoorn (Prunus spinosa), Alpenbes (Ribes alpina), Hazelaar (Coryllus avellana) en Wintereik (Quercus petraea). Hier leeft ook de Keizersmantel (Argynnis paphia).

Schalkenmehren.

          

In het Maar ligt ook het gelijknamige dorp Schalkenmehren. Dit dorpje leeft van het toerisme en er zijn diverse hotels, restaurants en cafes te vinden. Ook staan in het dorp enkele oude vakwerkhuizen en een waterpomp. De kerk staat op een verhoging op de plek waar enkele wegen samenkomen. In de kerk is een beeld te zien van van “Maria der zeven smarten” die Jezus na zijn kruisiging beweent, waarbij zeven zwaarden haar borst doorboren. Dit heiligenbeeld stond vroeger in Weinfeld en trok vele pelgrims waarvan ook de vele gedenkplaten aan de muren van de kerk van Weinfeld, zelfs nog zeer recente, getuigen. Het Mariabeeld werd gestolen en teruggevonden op een rommelmarkt in Düsseldorf. Tegenwoordig staat het daarom in de kerk van Schalkenmehren. In het dorp leven Zwarte roodstaarten (Phoenicurus ochruros), Kramsvogels (Turdus pilaris), Putters (Carduelis carduelis), Grauwe vliegenvangers (Muscicapa striata), Huiszwaluwen (Hirundo melba) en Boerenzwaluwen (Hirundo rustica).