In 1220 schonken de abdis van Munsterbilzen en Graaf Arnold III van Loon, haar broer, een bedevaartskapel met een ruim stuk grond eromheen aan de Duitse orde. De Duitse orde was in 1190 ontstaan en had als doel de bescherming van de veroverde gebieden in Palestina en het verzorgen van de kruisvaarders en pelgrims. Deze militaire orde ontstond toen kooplieden uit Lübeck en Bremens tijdens de derde Kruistocht tijdens de belegering van Akko een veldhospitaal oprichten. De eerste naam van de orde was "Ordo Sanctae Mariae Theutonicorum Hierosolymitani". Korte tijd later noemden ze zich Teutoonse orde of Duitse orde. Toen Jeruzalem definitief door de moslims werd veroverd en de christelijke militaire orden zich uit dit gebied moesten terugtrekken, werden de gebieden rond de Baltische Zee hun nieuwe werkgebied. Ze werden deels kooplieden en deels gaven ze aan te strijden voor de goede zaak. Ze kerstenden de Baltische staten en stichten er allerlei steden. Marienburg, nabij Gdansk in Polen, vormde het hoofdkwartier. De hoofdzetel of landcommanderij van de provincie of balije Biesen in het gebied tussen Maas en Rijn vormde Alden Biesen. Alden Biesen stond aan het hoofd van twaalf commanderijen zoals Ordingen, Bernissem, Gruitrode, Sint-Pieters-Voeren, Nieuwe Biesen in Maastricht en Gemert. De ridders van de Duitse orde kwamen uit vooraanstaande adelijke families. Hoewel ze dankzij de rijke inkomsten van de commanderij als prinsen leefden, moesten ze wel de gelofte van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid afleggen. In Alden Biesen werd een commanderij met een kloosterhospitaal gesticht. Eerst heette het gewoon biezen, naar de grasachtigen uit het geslacht Juncus die in het Nederlands biezen worden genoemd en die graag op vochtige plekken groeien. Toen in Maastricht later een nieuw gebouw in gebruik genomen werd als commanderij, kreeg het oude gebouw de naamOude Biesen of Alde Biesen.
Alden Biesen is een heel rijk gebouwencomplex, soms wordt het wel het Versailles van Haspengouw genoemd. Of dit terecht is mag u zelf behoordelen. De meeste gebouwen stammen uit de 16e en 17e eeuw. Het eigenlijke kasteel is een waterburcht. Deze werd in 1745 door Landcommandeur Stickingen verfraaid. Hierbij werden salon, kabinet en bibliotheek bijzonder onder handen genomen. Dit past in het beeld dat het gehele complex in de 18e eeuw omgebouwd werd tot een zomerresidentie voor de landcommandeur. Ook kwam er een fraaie kerk bij, een rijschool, tuinen en een oranjerie. Aan het eind van de 18e eeuw kwam er ook nog een landschapstuin in Engelse stijl bij, deze kwam te liggen op de heuvel naast het kasteel.
Na de Franse revolutie kwam het in particuliere handen en begon gaandeweg te vervallen. In 1971 verkocht de laatste eigenaar het complex aan de staat. Na 16 jaar restauratie werd het geheel in 1988 heropend.
De kerk is niet heel erg bijzonder, maar wel mooi door haar hoge plafond en het lichte interieur. Voorin staat een donker barok hoogaltaar. Ook staat er een hardstenen doopvont uit 1651 en een aantal 17e eeuwse schilderijen sieren de zijaltaren.
Hoog boven het eigenlijke kasteel ligt het poortgebouw. Dit bestaat uit een aantal onderdelen die in verschillende perioden gebouwd werden. Het Apostelhuis, zo genoemd omdat het vroeger een gastenhuis voor twaalf hulpbehoevende mannen was, werd tussen 1719 en 1720 gebouwd door de Landscommandeur Damian Hugo von Schönborn (1709-1743). Het poortgebouw met de poorttoren is in 1652 gebouwd door de Landscommandeur Godfried Huyn van Geleen (1634-1657). Eronder ligt de Trompetterswoning uit 1663-1689 die gebouwd werd door Landcommandeur Edmond Godfried van Bocholtz (1657-1695). Tegenwoordig is er een cafe-restaurant in gevestigd.
Park.
Het park rondom Kasteel Alden Biesen is een prachtig gebied. Het wordt aan de oostkant begrensd door muren uit veldbrandsteen. Daarachter groeien prachtige, goed onderhouden hoogstamboomgaarden met voornamelijk kersen. In totaal schijnen er wel 160 verschillende kersenrassen voor te komen. Maar er groeien niet alleen maar kersenbomen. Ook appels, peren en pruimen zijn aanwezig. Allemaal in hoogstam natuurlijk.
De Franse tuin werd in 1991 opnieuw ontworpen naar de plannen van landcommandeur Hendrik van Wassenaar die de tuin omstreeks 1700 aangelegd had.
De Engelse tuin ligt op een heuvel naast het kasteel. Het is een mooi oud bos met een Minervatempel. In het bos groeien onder meer Bosanemonen (Anemone nemorosa).
Op de muren langs de grachten groeit Gele helmbloem (Pseudofumaria lutea), Muurvaren (Asplenium ruta-muraria) en Steenbreekvaren (Asplenium septentrionale).