Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Cottessen.

Ligging: In het Geuldal tussen Epen en de Belgische grens.
Oppervlakte: 32 hectare.
Onder beheer bij: Stichting het Limburgs landschap.
Onder bescherming sinds: 1974 (zes hectare), 1977 (uitbreiding met 19,5 hectare)

Algemeen.

Cottessen is één van de fraaiste stukjes Zuid-Limburg. Door het grote reliëf, de wijdse vergezichten, de bijzondere flora en niet te vergeten door de fraaie vakwerkhuizen is het een bijzonder gebied. Het landschap is bijzonder afwisselend door de verschillende landschapselementen als hoogstamfruitbomen, bronweiden, hellingbossen, houtwallen en graften.
Het gebied wordt begrensd door twee beken, aan de zuidkant ligt de Cottesserbeek, aan de noordkant de Berversbergbeek.

Historie.

Cottessen is een fraaie vakwerkboerderij. Vakwerk komt in deze streken nog veel voor. In het verleden woonden vooral de armeren in vakwerkhuizen. De naam Cottessen is afgeleidt van ´keuter´, hier woonden namelijk de keuterboertjes die behoorden bij hoeve Bellet. De schuur stamt uit 1736. Cottessen werd in het verleden door twee gezinnen bewoond.

Mycologie.

De onbemeste graslanden vormen een eldorado voor bijzondere paddenstoelen. Wasplaten als de Gele wasplaat (Hygrocybe chlorophana), het Sneeuwzwammetje ( Camarophyllus virgineus ) en het Papegaaizwammetje ( Hygrocybe psittacina ) en ook de Sikkelkoraalzwam ( Clavulinopsis corniculata ) zijn hier te vinden. Ook de Geringde vlekplaat ( Paneolus fimiputris ), een soort van koemest, groeit hier.

Flora.

Het meest bijzonder zijn de bronweiden op de helling van de Cottesserbeek. De vegetatie bestaat hier uit Gewone dotterbloem (Caltha palustris), Moerasrolklaver (Lotus uliginosus), Moerasstreepzaad (Crepis paludosus), Kale jonker (Cirsium palustre) en Moerasspirea (Filipendula ulmaria). Typische grasachtigen zijn Bosbies (Scirpus sylvaticus) en Veldrus (Juncus acutiflorus). Bijzonder is de Brede orchis (Dactylorhiza majalis) die omstreeks midden mei met donkerpaarse bloemen en brede, zwart gevlekte bladeren, bloeit. Langs drogere randjes bloeit Kruipend zenegroen (Ajuga reptans), Spits havikskruid (Hieracium lactucella) en Gewone vleugeltjesbloem (Polygala vulgaris).

Fauna.

In de meidoornstruwelen in het gebied broedt de Grauwe klauwier (Lanius collurio). Ondanks intensief zoeken heb ik in 2009 de Vuursalamander (Salamandra salamandra) die hier voor zou komen, niet meer kunnen aantonen. Andere amfibieën in het gebied zijn Gewone pad (Bufo bufo), Bruine kikker (Rana temporia), Kleine watersalamander (Lissotriton vulgaris) en Alpenwatersalamander (Ichthyosaura alpestris).

Onderweg in het gebied.

Het gebied is natuurreservaat en dus niet toegankelijk. Wel is het vanaf de weg goed in te zien. De bronweiden zijn overigens niet zichtbaar.