Kapel in het Zand.
Langs de Kapellerlaan in Roermond staat de Kapel in het Zand. De naam van de kapel wijst er al op dat ze vroeger buiten de bebouwing lag.
De eerste keer dat het Mariabeeld genoemd werd, was 1437. Volgens de legende werd het beeldje van Onze Lieve Vrouw in het Zand door de Herder Wendelinus, een Pools edelman die afstand had gedaan van alle rijkdom, gevonden. Zijn zwervend bestaan had hij vrijwillig gekozen, om zo God te dienen. Hij was in dienst bij de pachter van Hoeve Muggenbroek. Met zijn schapen trok hij rond door de velden. Regelmatig bezocht hij de zandige heuvel langs de Roer. Daar bad hij tot God en liet de schapen uit de waterput drinken. De pachter van Muggenbroek vond het bezoek aan de zandheuvel met zijn schrale begroeiing echter maar niets. Zijn schapen zouden veel vetter worden in de voedselrijke gronden langs de Roer.Toen Wendelinus de opdracht van zijn baas opvolgde bleken de schapen echter om wonderbaarlijke reden te vermageren. Wendelinus kreeg vanaf toen weer toestemming om de heuvel te bezoeken. Zo putte hij op een dag water en ontdekte tot zijn verbazing het Mariabeeldje in de emmer.
Na de vondst werd het beeldje in een boom geplaast en later kwam er een kapel. Bij de kapel gebeurden allerlei wonderen, zodat er steeds meer mensen ernaartoe kwamen om te bidden.
Tijdens de belegering van Roermond door de Staatse troepen in 1578 raakte de Kapel in het Zand zwaar beschadigd. De Spaanse bevelhebber, Blesy van Vegersheim, wilde voorkomen dat de Staatsen zich in de kapel verschansten en liet op Tweede Pinksterdag 1578 de kapel afbreken. Door de voortdurende oorlog bleef de kapel tot 1610 een bouwval. In dat jaar werd de eerste steen voor een herbouw gelegd. Nog steeds gebeurden er allerlei wonderen aan de kapel. Al op 15 augustus 1610 werd de eerste mis in de nieuwe kapel opgedragen.
In 1684 werd de kapel vergroot, hetzelfde gebeurde in 1689 nogmaals. In 1863 namen de paters Redemptoristen de zorg voor de kapel op zich. Pieter Cuypers restaureerde de kapel in 1866. In 1878 werd naast de kapel een kleine Mariakapel geplaatst. In de Tweede Wereldoorlog liep de kapel schade op, maar die werd in 1947 hersteld.
Het oorspronkelijke beeld is overigens verloren gegaan en vervangen door een beeld uit circa 1500 uit een atelier in Mechelen. Het huidige beeldje is het derde dat op deze plaats vereerd wordt. Het is rond 1935 in opdracht van de paters Redemptoristen gemaakt door de Roermondse kunstenaar Carl Lücker omdat het voorgaande beeldje vermolmd was geworden. Het beeldje stelt Maria als helpster der Christenen voor.
De put is te vinden in de kleine zijkapel naast het Mariabeeld.
Vlakbij de bedevaartskapel ligt het Kruiswegpark, met een mooie kruisweg. Hier wordt jaarlijks in september een bloementapijt gelegd dat gedurende een week te bezichtigen is.
Bedevaarten.
De Roermondse bisschoppen bevorderden de verering van de Onze Lieve Vrouw in het Zand. Ze gaven kluizenaars toestemming zich bij de kapel te vestigen. De eerst bekende processies trokken in 1684 uit Melick en Herkenbosch. In 1696 uit Weert en in 1699 kwam een processie uit Wegberg. In 1723 waren er processies uit Beesel, Linne, Swalmen, Vlodrop en Wessem. Op 1 mei 1740 trok de eerste officiële stadsprocessie in Roermond naar de kapel, hetgeen nog steeds gedaan wordt. De voornaamste processiemaanden zijn mei en augustus. Ook kwamen er allerlei handelaren naartoe. Aan het eind van de 17e en het begin van de 18e eeuw stonden er al souvenierkraampjes en kraampjes waar eten en drinken te koop was rondom de kapel. Deze verdwenen overigens pas rond 1960. De belangstelling voor de kapel was groot.