Hochter Bampd.
Ligging: België, Gemeente Lanaken, nabij Neerharen.
Onder bescherming sinds: .
Oppervlakte: 45 hectare.
Hoogteligging: .
Eigenaar: Stichting Limburgs Landschap, vzw. België, www.limburgs-landschap.be
Beheerder: Stichting Ark.
Algemeen.
De Hochter Bampd is een natuurreservaat langs de oevers van de Maas. Het ligt even ten noorden van Maastricht aan de Belgische zijde van het Maasdal in de gemeente Lanaken. Het gebied bestaat uit een grote plas langs de oever van de Maas, hoog opgaande ooibossen en graslanden afgewisseld met dichte struwelen van struikgewas.
Vrijwel jaarlijks overstromen met name ’s winters grote delen van de Hochter Bampd. Dit zorgt iedere keer weer voor het afzetten van een nieuwe bovenlaag van klei of zand. Het landschap bestaat derhalve uit laagtes waar na een overstroming klei werd afgezet en zandruggen die ook resteren van overstromingen. Deze totaal verschillende gebieden kennen, op een kleinschalig niveau, elk hun eigen flora en fauna.
Flora.
Een groot deel van het gebied is begroeid met ooibossen. Deze bossen hebben zich spontaan gevestigd binnen het stroomgebied van de Maas. Onder ooibossen verstaan we bossen die in het overstromingsgebied van rivieren groeien. Er worden twee soorten ooibossen onderscheiden, de zachthoutooibossen met zachte houtsoorten als wilg (Salix sp.), Zwarte populier (Populus nigra) en Zwarte els (Alnus glutinosa) en de hardhoutooibossen met Gewone es (Fraxinus excelsior), Zoete kers (Prunus avium), Zomereik (Quercus robur) en andere harde houtsoorten.
Zachthoutooibossen kunnen veel beter tegen regelmatige overstromingen en staan dus op de lagere delen langs de rivier. Hardhoutooibossen verdragen een overstroming wel, mits deze niet te vaak optreedt. Omdat de rivierbeddingen in Nederland meestal smal zijn is er vaak helemaal geen plaats voor ooibos en als er al plaats is, alleen voor de zachthoutvariant. Het ooibos in de Hochter Bampd is het oudste en grootste ooibos langs de Nederlandse Maas. Het grootste deel van het gebied bestaat uit zachthoutooibossen, de Zwarte populier (Populus nigra) komt hier als bijzonderheid ook voor. Na een storm in 1996 ontstonden er open plekken tussen de Wilgen (Salix sp.) waar zich Zomereiken en Essen vestigden.
Een ander kenmerk van ooibossen is het voorkomen van klimmende en slingerende planten, de zogenaamde lianen. In deze bossen groeien er diverse soorten van waaronder Bosrank (Clematis vitalba), Hop (Humulus lupulus) en Bitterzoet (Solanum dulcamara). Dit maakt dat veel ooibossen er enigszins oerwoudachtig uitzien.
De overgang van bos naar grasland is geleidelijk door een brede mantel van struikgewas en ruigte langs de bosrand die kansen biedt aan insecten en kleine zangvogels. Deze is gecreëerd door het werk van de grote grazers in het gebied.
De graslanden in het gebied zijn soortenrijk en laten op kleine afstand een grote variatie zien. Op de droge zandruggen groeit bijvoorbeeld Wilde marjolein (Origanum vulgare), Duizendblad (Achillea millefolium) en Wondklaver (Anthyllis vulneraria). Hier en daar is zelfs Ruige anjer (Dianthus armeria) te vinden.
Fauna.
Met name de vogels en insecten zijn goed vertegenwoordigd in de Hochter Bampd. In de ooibossen zingen diverse vogelsoorten en boven de graslanden fladderen allerlei bont gekleurde vlinders.
Om het gebied open te houden wordt het gebied begraasd met grote grazers. Men heeft in 1992 in het gebied een kudde Koniks losgelaten. Dit zijn kleine paardjes die afstammen van het Europese wilde paard, de Tarpan. In het voorjaar van 1993 kregen ze gezelschap van Galloways, een klein, gehard runderras uit Schotland. Door de verschillende voedselvoorkeur van paarden en runderen wordt het landschap steeds op een dynamische manier open gehouden en worden voor vogels, insecten en kleine zoogdieren allerlei leefgebieden gecreëerd.
Langs het grote grindgat, de Wissenplas zijn Aalscholvers (Phalacrocorax carbo) en Blauwe reigers (Ardea cinerea) te vinden. Ook de Ijsvogel (Alcedo atthis) is hier regelmatig te zien. De Blauwe reiger heeft hier zelfs de grootste broedkolonie van Vlaanderen, een kolonie die zelfs nog steeds groeit. Regelmatig zijn tussen de Blauwe reigers ook andere reigerachtigen zoals Kwak (Nycticorax nycticorax), Grote zilverreiger (Casmerodius albus) en Kleine zilverreiger (Egretta garzetta) te zien. Ook overnachten er vaak grote groepen Aalscholvers, tot wel 1200 vogels zijn er geteld.
Langs de oever zitten Meerkikkers (Rana ridibunda) en op de hogere en drogere delen verschuilen zich Levendbarende hagedissen (Lacerta vivipara) en Hazelwormen (Anguis fragilis).
Een bijzonderheid was het voorkomen van de Buidelmees (Remiz pendulinus) in het begin van de jaren 1990. Deze ondernam hier zelfs een aantal broedpogingen.
Onderweg in het gebied.
De Hochter Bampd is vanuit Maastricht goed bereikbaar. Je rijdt dan naar Neerharen en parkeert nabij de ingang van het natuurgebied tussen Neerharen en Herbricht.
Tijd.
Een bezoek aan de Hochter Bampd is het hele jaar spannend. Zeker is de zomer het mooiste wanneer de graslanden in bloei staan, maar de winter tijdens of vlak na hoogwater heeft ook zijn charme. Dan kun je aan de hand van de rommel in de bomen vaststellen hoe hoog het water heeft gestaan en vraag je je af hoe hier nog dieren kunnen overleven.
Voor een bezoek aan het gebied kun je een aantal uren tot een hele dag uittrekken.