Ligging: Ten westen van Mheer.
Onder bescherming sinds:
Oppervlakte: hectare.
Hoogteligging:
130-185 meter boven NAP
Algemeen.
Het Hoogbos is een grensoverschrijdend bosgebied nabij Mheer. Het meest noordelijke stuk van het bos ligt op Nederlands grondgebied. Hier groeien met name Fijnsparren (Picea abies). Driekwart van het bos ligt in het Belgische Voeren.
Flora.
Het Hoogbos is een fraai eiken-berkenbos, waarin naast Zomereiken (Quercus robur) en Ruwe berken (Betula pendula), ook Haagbeuken (Carpinus betulus) en Zoete kersen (Prunus avium) groeien. De ondergroei vertoont kenmerken van het rijkere type van het eiken-berkenbos. Typische soorten zijn Valse salie (Teucrium scorodonium), Gewone kamperfoelie (Lonicera periclymenum) en braam (Rubus sp.). Naast Grote veldbies (Luzula sylvatica) is er ook Ruige veldbies (Luzula pillosa) te vinden. In het Hoogbos groeien veel voorjaarsbloeiers zoals Gewone salomonszegel (Polygonatum multiflorum), Lelietje-der-dalen (Convallaria majalis), Gevlekte aronskelk (Arum maculatum), Bosanemoon (Anemone nemorosa), Gele anemoon (Anemone ranunculoides) en Speenkruid (Ranunculus ficaria). Ook groeit er veel Witsporig bosviooltje (Viola riviniana) en Donkersporig bosviooltje (Viola reichenbachiana). Alleen aan de zuidkant van het bos is de Gulden boterbloem (Ranunculus auricomus) te vinden. Daar groeit ook Kleine maagdenpalm (Vinca minor).
Fauna.
De Middelste bonte specht (Dendrocopus medius) zoekt in de ruwe schors van de eiken naar voedsel. In tegenstelling tot de Grote bonte specht (Dendrocopus major), is de Middelste bonte specht een rustige vogel die zijn aanwezigheid nauwelijks veraadt.
Langs de rand van het Hoogbos zijn Canadese populieren (Populus X canadensis) aangeplant. Hierin groeit veel Mistletoe (Viscum album). In enkele bomen groeien tientallen exemplaren. In de wintermaanden, als de bessen rijp zijn, zoeken Grote lijsters (Turdus viscovorus) naar de rijpe bessen.
In het naaldhout leven Eekhoorns (Sciurus vulgaris), die zich voeden met de knoppen en de kegels van de Fijnsparren (Picea abies). In de hellingen hebben Dassen (Meles meles) hun burchten gebouwd. Daarnaast zijn hun wissels en mestputjes vaak goed te vinden. Opvallend is de aanwezigheid van vele struiken van Gewone vlier (Sambuccus nigra) rondom de burchten. Dit komt doordat de Das in de nazomer vele rijpen vlierbessen eet en die in de mestputjes uitstekend kunnen kiemen. Zo zorgt hij er wel voor altijd voldoende voedsel naast de deur te hebben.
Onderweg in het gebied.
Het bos is toegankelijk via de weg die aan de onderrand ervan loopt. Het beste kunt u starten in de Steegstraat in Mheer en dan richting ´s Gravenvoeren lopen. Het pad heeft een groot nadeel. Het loopt op het diepste punt van het dal en verandert tijdens en na een regenbui in een grote modderpoel. Hoge wandelschoenen of laarzen zijn dus zeker aan te raden.
Tijd.
Het Hoogbos is een bos met veel voorjaarsbloeiers. De beste tijd om het gebied te bezoeken is vanaf begin maart tot begin mei. Zeker als rond half april de hoogstamboomgaarden in de omgeving in bloei staan, is het een schitterende omgeving om te vertoeven. Dan bloeien ook de Zoete kersen (Prunus avium) in de omgeving.