Soldatenkerkhof Mariawald. Op de helling boven klooster Mariawald in de buurt van Heimbach ligt het militaire kerkhof van Mariawald waar 419 in de Tweede Wereldoorlog gesneuvelde soldaten begraven liggen. Behalve Duitse soldaten, liggen er ook Poolse en Russische soldaten, die in Duitse dienst waren. De oorsprong hiervan is een werkkamp dat in de jaren 1930 nabij klooster Mariawald werd aangelegd door de Reichs Arbeitsdienst (RAD). Op een 4 hectare groot terrein werden provisorische keten neergezet waarin Poolse en Oekraïnse dwangarbeiders werden ondergebracht. Deze werkten aan een drietal projecten, de bouw van de Rurtalsperre, de Ordensburg Vogelsang en de uitbouw van de Westwall. In juli 1941 werd de abdij opgeheven op last van de Duitse regering en werden de monikken verdreven. De boerderij en de likeurfabriek, en tevens de uitspanning bij het klooster, moesten echter open blijven. Daarom werden 20 monikken gedwongen te blijven en hun taken te blijven voortzetten. Zij mochten echter niet meer als klooster leven. De overige monikken moesten dienst nemen in het leger. Het klooster werd een tijdlang gebruikt voor de opvang van wezen. Vanaf de herfst van 1944 lag het klooster in de gevechtslinie. Hierop bliezen Duitse officieren het dak van de kerk op. Er werd zelfs overwogen om het hele klooster met de grond gelijk te maken. Op 2 maart 1945 werd het klooster door de Amerikanen ingenomen. Tussen herfst 1944 en voorjaar 1945 was het klooster een verpleegpost. Gesneuvelde soldaten werden in de buurt van het klooster begraven. In 1949 werden plannen gesmeed om de gesneuvelde soldaten over te brengen naar het grote kerkhof in Gemünd, maar de abt van Mariawald ijverde ervoor dat ze in Mariwald bleven. In 1959 maakte architect Dr. Orth uit Bensberg plannen voor het verfraaien van het kerkhof. Vervolgens werden ook uit de dorpen in de omgeving, onder meer uit Berg, Eiks, Glehn en Sauermühle doden hier begraven.