Op dood hout van loofbomen, soms ook op naaldhout, is het hele jaar door het Waaiertje aan te treffen. Dit één tot drie centimeter brede zwammetje heeft schelpvormige hoeden die bedekt zijn met een grof vilt. Ze zitten zonder steel aan het substraat vast. De onderzijde is onregelmatig ingesneden tot gelobd. De lamellen zijn vleeskleurig en overlangs gespleten. Hiermee is ook de naam Schizophyllum (splijtblad) verklaart. Van de bovenkant zijn de zwammetjes nogal onopvallend, maar van de onderzijde fraai om te bekijken en onverwisselbaar.