Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Wandelroute Ahrdal bij Altenahr.

Gecontroleerd 11 november 2012.

Deze wandelroute heeft een lengte van circa 14,5 kilometer, maar kan worden uitgebreid tot 18 km. De route start in het wijndorpje Altenahr, leidt dan bergop naar de ruïne van Burg Aare en volgt vervolgens de Rotweinwanderweg. Door bossen en wijngaarden voert de tocht bovenlangs Mayschoß naar Rech. Onderweg heeft u prachtige vergezichten op onder meer de ruïne van de Saffenburg en de beboste hellingen aan de overkant van het dal. In Rech steekt u het riviertje over een eeuwenoude brug over en loopt bergop door bossen naar de Saffenburg. Nadat u deze bekeken hebt, daalt u af door wijngaarden en loopt over een weg langs het spoor en de Ahr terug naar Altenahr. Eventueel kunt u ervoor kiezen om een prachtige extra lus door het natuurreservaat Langfigtal eraan vast te knopen.
De route is het hele jaar mooi, in de winter profiteert u van het milde klimaat van het Ahrdal, in het voorjaar ziet u allerlei voorjaarsbloemen, in de zomer zomerbloemen en vlinders en in de herfst kunt u genieten van de rijpe druiven en de herfstkleuren. Op een korte steile klim naar Burg Aare en een lange, maar niet zeer steile, klim tussen Rech en de Saffenburg na, is de route eenvoudig te lopen. Wel zijn stevige wandelschoenen en een wandelstok aanbevolen voor enkele lastige passages.

Van Altenahr naar Rech.

De wandelroute start bij de kerk van Altenahr aan de Brückenstraße. Vanaf de trappen voor de kerk loopt u, vanuit de kerk komend, linksaf en slaat na 50 meter linksaf de Roßberg in. Deze doorgaande weg leidt het verkeer ook in de richting van de autoweg naar Bonn. Deze weg volgt u circa 300 meter en neemt vervolgens bij huisnummer 58 een smal voetpad rechtsaf dat het begin van de Rotweinwanderweg vormt. Het is met een Rode druiventros, het symbool van de Rotweinwanderweg, gemarkeerd. Dit voetpad stijgt vrij steil omhoog en na circa 180 meter kunt u ervoor kiezen om linksaf in de richting van de Rotweinwanderweg te lopen of rechtsaf langs de wachttoren van Burg Are naar de ruïne zelf te gaan. Dat laatste moet u zeker doen want de ruïne is de moeite van het bekijken waard en het uitzicht van bovenaf is fantastisch.

Naast de toren zijn op een scheef staande rots fossiele golfribbels zichtbaar. U loopt helemaal omhoog naar de ruïne en kunt daar van een prachtig uitzicht op Altenahr, het Langfigtal en het Teufelsloch genieten. Ook ziet u Burg Kreuzberg. Op de burcht groeien ook diverse bijzondere planten waaronder Sikkelgoudscherm (Bupleurum falcatum) en Kalkaster (Aster lynosyris). Op Klimot groeit de parasitisch groeiende Klimopbremraap (Orobanche hederacaea), een plant die zelf geen bladgroen heeft, maar zijn voedingsstoffen geheel uit de klimop betrekt. Vanaf Burg Are is regelmatig de Torenvalk (Falco tinunculus) te zien en met wat geluk ziet u zelfs op een steile rots een Slechtvalk (Falco peregrinus) zitten. Wanneer u de ruïne heeft bekeken, keert u weer terug op uw schreden en loopt rechtdoor de Rotweinwanderweg op, waarbij u dus het pad van links dat u net uitkwam passeert.

De Rotweinwanderweg is eerst nog een smal voetpad met erlangs al een aantal interessante planten waaronder een rots waarop een vegetatie groeit die als `Felsenheide` wordt aangeduid. Hier groeit onder meer Struikhei (Calluna vulgaris), Kruipbrem (Genista pilosa), Schapenzuring (Rumex acetosella), Grasklokje (Campanula rotundifolia) en Muizenoortje (Hieracium pilosella). Verder groeit langs het pad onder meer Duinsalomonszegel (Polygonatum odoratum), met slechts enkele, alleenstaande bloemen, Pekanjer (Lychnis viscaria), herkenbaar aan de paarse bloemen en de kleverige stengel, Blaassilene (Silene vulgaris), herkenbaar aan de witte bloemen en opgeblazen kelk, Viltig kruiskruid (Senecio erucifolius), met gele bloemen en witviltige bladonderzijden, en Zwartsteelvaren (Asplenium adiantum nigrum) met glanzende bladeren en aan de basis donkerpaarse stengels. Ook groeit er een Mispel (Mespilus germanicus) langs het pad.

Bij een groot wit kruis even verderop gaat u linksaf. Op de rotsen groeit Wit vetkruid (Sedum album), Muizenoortje (Hieracium pilosella), Grasklokje (Campanula rotundifolia), Slangenkruid (Echium vulgare) en Hazenpootje (Trifolium arvense). Na ongeveer 100 meter gaat u rechtsaf een trapje op. Bovenaan het trapje bereikt u het begin van een kruisweg die u rechtsaf, via een brede weg bovenlangs wijngaarden, volgt. Het uitzicht op Burg Are en links daarvan de beboste rotsen van de Engelsley is uniek. Niet zomaar kozen wij dit als logo voor onze website www.eifelnatur.de. Aan de bovenkant van het muurtje langs de weg bloeit in de nazomer veel Kalkaster (Aster lynosyris), met opvallende gele bloemen en smalle stengelbladeren, en Sikkelgoudscherm (Bupleurum falcatum), een schermbloemige met onopvallende gele bloemen en blauwgroene grondstandige bladeren. Bijzonder is Rubus canescens, een bramensoort met langgerekte trossen roomwitte bloemen en bladeren met een witte onderzijde. In allerlei nissen in de muur zitten vaak Muurhagedissen (Podarcis muralis ssp. merremia).
De ondersoort brogniardi heeft een westelijke verspreiding en zit onder meer in Maastricht en bij de Rursee, en de ondersoort merremia een meer oostelijke verspreiding, deze komt in het Rijndal en haar zijdalen voor. Het lijkt erop dat de dieren na de laatste IJstijd voor een andere route hebben gekozen voor de herkolonisatie van het Europese vasteland (brogniardi koos hiervoor de westelijke route en merremia de oostelijke).
Even verderop maken de wijngaarden onderaan de weg plaats voor struwelen die opgekomen zijn op de verlaten wijngaarden. Er groeien diverse soorten snel groeiende bomen en struiken waaronder Zoete kers (Prunus avium), Sleedoorn (Prunus spinosa), meidoorn (Crataegus sp.), wilde rozen (Rosa sp.), bramen (Rubus sp.) en daaroverheen groeit Bosrank (Clematis vitalba). Na een rotspartij met Bleekgele hennepnetel (Galeopsis segetum) maakt de weg een bocht en loopt verder door een bos met voornamelijk Haagbeuk (Carpinus betulus). Hierin klinken in de zomer en vroege herfst de zachte tjsirpende roepjes van Boskrekels (Nemobius sylvestris). In de ondergroei staan diverse stikstofminnende planten zoals Ruig klokje (Campanula trachelium), met ruig behaarde bladeren en vuilblauwe bloemen, Grote muur (Stellaria holostea), met grasachtige bladeren en witte bloemen, Valse salie (Teucrium scorodonium), een lipbloemige met vuilgele bloemen, Schaduwgras (Poa nemoralis) en Look-zonder-look (Alliaria petiolata), een vroegbloeiende kruisbloemige met een opvallende uiengeur.
In de wegberm groeit Bochtige klaver (Trifolium medium) met roze bloemen in losse hoofdjes die daardoor anders ogen dan die van Rode klaver (Trifolium pratense). Ook groeit er Torenscheefkelk (Arabis turrita), met opvallend omgebogen, naar onder hangende hauwen en Knollathyrus (Lathyrus linifolius).
In het bos zitten bosvogels als Pimpelmees (Parus caeruleus), Boomklever (Sitta europaea), Appelvink (Coccothraustes coccothraustes) en Goudvink (Pyrrhula pyrrhula).

Op een Y-splitsing gaat de kruisweg linksaf, u verlaat deze echter nu en volgt de Rotweinwanderweg rechtsaf. In het bos langs de weg groeit Zoete kers (Prunus avium) en Wintereik (Quercus petraea) en in de ondergroei veel Mannetjesvaren (Dryopteris filix-mas). U komt langs een wijngaard die hoog boven Reimerzhoven ligt. Langs het pad ligt een fraaie helling met veel Pekanjer (Lychnis viscaria), Betonie (Stachys officinalis), Rubus canescens en Wit vetkruid (Sedum album). Op een Y-splitsing gaat u linksaf en loopt een bos in. Dit bos bestaat voornamelijk uit Haagbeuken (Carpinus betulus), Wintereik (Quercus petraea), Zoete kers (Prunus avium) en in de ondergroei onder meer Heggewikke (Vicia sepium), Echte guldenroede (Solidago virgaurea), Ruig klokje (Campanula trachelium) en Hengel (Melampyrum pratense). In het bos negeert u een weg naar rechts.

Op deze noordhelling groeit een bos met Beuken (Fagus sylvatica) dat vrij arm is aan ondergroei. In het voorjaar bloeit hier Witte klaverzuring (Oxalis acetosella). U verlaat het bos en heeft over een wijngaard heen mooi zicht op Mayschoß met de rest van een verlaten meander, een zogenaamde `Umlaufberg` met de naam Etzhardt en erachter de Saffenburg. Even verderop loopt u weer een bos in. In het gemengde bos met Haagbeuken (Carpinus betulus), Zomereik (Quercus robur), Zoete kers (Prunus avium) en Hazelaar (Coryllus avellana) leven diverse vogels zoals Boomklever (Sitta europaea), Zwarte mees (Parus ater), Grote bonte specht (Dendrocopus major) en Glanskop (Parus montanus). Aan de meerstammigheid van de bomen is te zien dat het vroeger als hakhout gebruikt werd. In de ondergroei staat onder meer Boswalstro (Galium sylvaticum), Springzaadveldkers (Cardamine impatiens),Witte klaverzuring (Oxalis acetosella), Mannetjesvaren (Dryopteris filix-mas) en zelfs een Wilde mispel (Mespilus germanicus), een zeldzame lichtminnende struik met markante vruchten die pas eetbaar lijken te zijn na een vorstperiode. Dan smaken ze naar appelmoes.

Na .... m neemt u een zijweg rechtsaf en daalt af langs een beekdal. Onderin het dal groeien diverse soorten varens die een koele en vochtige omgeving prefereren. Onder meer de wintergroene Stijve naaldvaren (Polystichum aculeatum) en Mannetjesvaren (Dryopteris filix-mas). Verder staat er Robertskruid (Geranium robertianum), Eenbloemig parelgras (Melica uniflora), Witte klaverzuring (Oxalis acetosella), Groot heksenkruid (Circea lutetiana), Heggewikke (Vicia sepium) en Bosandoorn (Stachys sylvatica). Modderpoelen in het dal en witgeschuurde boomstammen verraden de aanwezigheid van Wilde zwijnen (Sus scrofa) die het beekdal gebruiken om te zoelen. U daalt af, negeert twee zijwegen naar rechts en een zijweg naar links en steekt daarbij ongemerkt het beekje over. U loopt verder over de Rotweinwanderweg door het bos en negeert een zijweg naar links. U loopt verder tussen wijngaarden door. Langs het pad groeit onder meer Bezemkruiskruid (Senecio inaequinens), Viltganzerik (Potentilla argentea) en Vlasbekje (Linaria vulgaris ). Tussen de wijnstokken, tenminste daar waar niet overmatig gespoten wordt, groeit Klein kruiskruid (Senecio vulgaris), Kroontjeskruid (Euphorbia helioscopia), Guichelheil (Anagallis arvensis), Klein kaasjeskruid (Malva neglecta), Eenjarig bingelkruid (Mercurialis annuus) en Gewone reigersbek (Erodium cicutarium). Op de rotsen tussen de wijngaarden groeit hier en daar Slangenkruid (Echium vulgare), Wimperparelgras (Melica ciliata), Tripmadam (Sedum reflexum), Wit vetkruid (Sedum album) en op hellingen met los schuivend puin Bleekgele hennepnetel (Galeopsis segetum), met bleekgele en ook met paarse bloemen. U loopt een hele tijd door de wijngaarden boven Mayschoß tot u een smal beekje oversteekt en op een geasfalteerde dwarsweg uitkomt, hier gaat u rechtsaf en daalt af tot bij een café-restaurant. Langs het beekje groeien diverse geknotte wilgen waarvan de tenen vroeger gebruikt werden om de druivenstokken op te binden.

U komt bij het café-restaurant en neemt hier tegenover de tweede weg linksaf, wederom gemarkeerd als ‘Rotweinwanderweg”. U negeert vervolgens een weg naar links en een weg naar rechts. Op een T-splitsing voor een wijngaard gaat u rechtsaf en loopt nu tussen wijngaarden door. Even later bereikt u een smalle rotspassage. Op de rotsen groeien allerlei bijzondere planten als Torenscheefkelk (Arabis turrita), Wimperparelgras (Melica ciliata), Bleekgele hennepnetel (Galeopsis segetum) en Karthuizer anjer (Dianthus carthusianorum).

Een bijzondere struik die enkel op warme plekken kan groeien is het Europees krentenboompje (Amelanchier ovalis) met roomwitte bloemtrossen in het voorjaar en witbestoven blauwe bessen in de zomer. Een bijzondere warmteminnende bramensoort is Rubus canescens met witviltige bladeren en rijkbloemige bloempluimen met roomwitte bloemen. Ook groeien er veel planten die typisch zijn voor zure standplaatsen, waaronder Gewone brem (Cytisus scoparius), Kruipbrem (Genista pilosa), Bochtige smele (Deschampsia flexuosa), Grasklokje (Campanula rotundifolia) en Valse salie (Teucrium scorodonium). Langs het pad liggen steile hellingen waar zelfs de kleinste vlakke stukjes zijn ingericht met kleine wijngaarden. Aan uw rechterhand heeft u prachtig zicht op de ruïne van de Saffenburg. Even verderop loopt u bovenlangs wijngaarden en onderlangs een bos. Een korte klim via een smal pad voert u door een fraai stuk rotsen. Hier groeien Welriekende salomonszegel (Polygonatum odoratum), Zwartsteelvaren (Asplenium adiantum-nigrum), Torenscheefkelk (Arabis turrita) en veel Europees krentenboompje (Amelanchier ovalis). Bij een picknickplaats daalt u af, steekt over door een wijngaard en komt weer op een brede weg tussen wijngaarden door. U loopt nu in de richting van het dorpje Rech. Langs de weg groeit Sedum maximum, Slangenkruid (Echium vulgare) en Viltganzerik (Potentilla argentea). Op een verharde weg gaat u rechtsaf en daalt af naar het dorpje Rech, steekt het spoor over en komt uit bij de oude brug over de Ahr.

U heeft nu 7 kilometer afgelegd en kunt er eventueel voor kiezen om de terugweg met de trein af te leggen, het station van de Ahrtalbahn ligt vlakbij.

Van Rech terug naar Altenahr.

U steekt in Rech over de oude brug met het beeld van St. Johannes Nepomuk de Ahr over. Langs het water groeit onder meer Rietgras (Phalaris arundinacea), Reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera), Grote brandnetel (Urtica dioica), Haagwinde (Vicia sepium) en Hop (Humulus lupulus). Aan de overkant gaat u linksaf, de Brückenstraße in. Langs deze straat liggen allerlei cafés, restaurants en `Strauswirtschaften`.U komt uit bij de mooie St. Luciakerk uit 1720 en gaat hier rechtsaf de Bärenbachstraße in. Bij een fontein met stenen beren en gaat u rechtsaf de Dellenweg in. Op een Y-splitsing gaat u linksaf en loopt verder over een bosweg. Op de muur langs de voortdurend stijgende weg groeit onder meer Muursla (Mycelis muralis), Steenbreekvaren (Asplenium trichomanes) en Eikvaren (Polypodium vulgare). Het bos bestaat grotendeels uit Haagbeuken (Carpinus betulus) met in de ondergroei Hazelaar (Corylus avellana) en Trosvlier (Sambuccus racemosus). Hier en daar staan stukjes met Fijnsparren (Pinus sylvestris). Langs het pad groeit verder Betonie (Stachys officinalis), Knollathyrus (Lathyrus linifolius), Witte veldbies (Luzula luzuloides), Grote veldbies (Luzula sylvatica), Boswalstro (Galium sylvaticum), Grote muur (Stellaria holostea), Gewone kamperfoelie (Lonicera periclymenum), Mannetjesereprijs (Veronica officinalis). In het bos negeert u een weg van links en komt uit bij een plek waar brandhout opgestapeld ligt, iets hier voorbij kunt u op een T-splitsing rechtsaf naar de ruïne van de Saffenburg. U moet eigenlijk rechtdoor afdalen over de brede weg in de richting van Mayschoß, maar een bezoek aan de Saffenburg is vanwege het uitzicht alleen al meer dan de moeite waard.

Naar de Saffenburg.

Na ongeveer 300 meter bereikt u de ruïne waar ook diverse bijzondere planten groeien. Zo staat er veel Sedum maximum, Kalkaster (Aster lynosyrus), Wit vetkruid (Sedum album), Cypreswolfsmelk (Euphorbia cyparissias), Grasklokje (Campanula rotundifolia), Absint-alsem (Artemisia absinthimum), Wilde marjolein (Origanum vulgare), Sikkelgoudscherm (Bupleurum falcatum) en Slangenkruid (Echium vulgare). Op de muren van de Saffenburg groeit Muurbloem (Cheiranthus cheiri). Bovenop groeit veel Kalkaster (Aster lynosyrus) en Sikkelgoudscherm (Bupleurum falcatum), Welriekende salomonszegel (Polygonatum odoratum) en Wimperparelgras (Melica ciliata). Verder staat er Wegedoorn (Rhamnus carthartica) en Kardinaalsmuts (Euonymus europaeus). Van bovenaf kijkt u uit op het dorpje Mayschoß en ziet hier de grote wijnkelder van de Winzergenossenschaft liggen. U loopt terug naar de T-splitsing en gaat hier rechtsaf om af te dalen naar Mayschoß.

Via Mayschoß naar Altenahr.

U daalt over een brede weg tussen wijngaarden door af richting Mayschoß en negeert alle zijwegen tot u bij een spoorbrug uitkomt. Aan de overkant ligt 200 meter verder het vakwerkstation van Mayschoß.

Hier kunt u eventueel ook de trein naar Altenahr terug nemen. U heeft nu 11 kilometer afgelegd.

Voor de spoorbrug gaat u linkssaf en volgt de Ahrtalweg (A). Op een Y-splitsing 30 m verderop gaat u rechtsaf over een veldweg tussen wijngaarden door. Even verderop ligt ook een verwilderde wijngaard waarin allerlei struiken en ruigtekruiden, zoals Koninginnekruid (Eupatoria cannabinum) en Viltig kruiskruid (Senecio erucifolius) zijn opgekomen. U negeert een weg van rechts en loopt daarna verder tussen het bos, met voornamelijk Haagbeuken (Carpinus betulus) en de spoordijk. Hier bloeit in de zomer veel Reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera) en Gewone hennepnetel (Galeopsis tetrahit). U negeert twee zijwegen naar links en blijft de spoordijk volgen. Al vroeg in het jaar bloeit hier Gevlekte dovenetel (Lamium maculatum) en Groot springzaad (Impatiens noli-tangere). Op de helling rechts groeien allerlei varens, waaronder Tongvaren (Phylytis scolopendrion), Gewone eikvaren (Polypodium vulgare), Steenbreekvaren (Asplenium trichomanes) en Mannetjesvaren (Dryopteris filix-mas). Dit komt door het koele en vochtige klimaat op deze noordhelling. Op de spoordijk groeit Springzaadveldkers en Glanzige ooievaarsbek (Geranium lucidum),deze laatste is herkenbaar aan zijn donkergroene, vlezige glanzende bladeren. Het pad loopt nu in een soort kloof tussen de hoge spoordijk en een rots. De boomlaag bestaat grotendeels uit Haagbeuk (Carpinus betulus). Hier groeit onder meer Tongvaren (Phylytis scolopendrion), Mannetjesvaren (Dryopteris filix-mas), Muursla (Mycelis muralis), Robertskruid (Geranium robertianum) en Klimop (Hedera helix). U loopt door een tunneltje onder de spoordijk door en volgt nu de Ahr stroomopwaarts. Langs de oever groeit veel Reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera), Kleine kaardenbol (Dipsacus pilosus), Gevlekte scheerling (Conium maculatum), Koninginnekruid en Moerasspirea (Filipendula ulmaria). U blijft de Ahr stroomopwaarts volgen en passeert na 500 meter een mooie overdekte houten brug en nog eens 500 meter verder een smalle voetgangersbrug bij Reimerzhofen. Hier blijft u ook op de linkeroever van het riviertje en blijft het bospad volgen tot u na nog eens 500 meter onder twee oude stenen spoorbruggen doorloopt. Iets verderop ligt een brug over de Ahr. U heeft nu 14,5 kilometer afgelegd. Hier steekt u over, gaat aan de overkant even naar rechts, steekt de drukke verkeersweg over en volgt deze linksaf tot u via een tunnel weer in Altenahr uitkomt.

Een korte wandeling door het Langfigtal.

Wanneer u er nog 3 kilometer aan vast wilt knopen, dan kunt u gewoon doorlopen met de Ahr aan uw rechterhand. U loopt door het prachtige Langfigtal, sinds 1983 een natuurreservaat. Hier zijn de wijngaarden verlaten en ervoor in de plaats zijn struwelen gekomen die plaats bieden aan allerlei soorten vogels, vlinders en sprinkhanen. U passeert een rotspartij waarop diverse planten die typisch zijn voor dit soort rotsen groeien. Zo staat er Torenscheefkelk (Arabis turrita), Karthuizer anjer (Dianthus carthusianorum) en Kalkaster (Aster lynosyris). Vanaf hier kunt u de Ahr ook goed overzien, mogelijk ontdekt u langs de waterkant een IJsvogel (Alcedo atthis) of een Waterspreeuw (Cinclus cinclus). Even verderop komt u uit in een hellingbos met veel Haagbeuken (Carpinus betulus). In de ondergroei staat onder meer Zwarte rapunzel (Phyteuma nigra), Witte klaverzuring (Oxalis acetosella), Witte veldbies (Luzula luzuloides) en Bosanemoon (Anemone nemorosa). Onder de Canada-populieren (Populus X canadensis) groeit Bleke schubwortel (Lathrea squamaria). U blijft het voetpad langs de Ahr volgen, gaat na circa 1,5 kilometer op een Y-splitsing rechtsaf en bereikt korte tijd later een brug over de Ahr. Aan de overkant gaat u linksaf en volgt het pad dat u nu eerst nog door een bos, maar even later tussen de Ahr en verlaten wijngaarden voert. U passeert een brug naar de Jugendherberge en loopt over een asfaltweg verder richting Altenahr.

Vlak voor Altenahr ziet u nog loodrecht staande rotswanden waarop regelmatig een Slechtvalk (Falco peregrinus) zit. Er groeit ook Blauwgras (Sesleria varia) en Hertswortel (Libanotis montanus), een schermbloemige die laat in het jaar bloeit. In Altenahr gaat u op de verkeersweg linksaf en komt zo na 5 minuten weer uit bij de kerk waar de wandeling eindigt.