Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Geologische wandeling rondom Mulartshütte.

     

Deze wandelroute heeft een lengte van circa 15 kilometer. Tijdens de wandeling zien we allerlei resten uit de geologische periode van het Devoon (416 tot 359 miljoen jaar geleden). We lopen door afwisselend loof- en naaldbossen en volgen de Vichtbach, Solchbach en Lensbach. We starten in het prachtige dorpje Mulartshütte met zijn breukstenen huizen die ten dele ook uit vakwerk zijn opgetrekken. Mulartshütte gaat terug op een oude ijzersmelterij. Onderweg komen we ook langs de mijngang van een 19e eeuwse ijzermijn.

Hoe is Mulartshütte te bereiken ?

Vanuit de richting Heerlen nemen we de autoweg A-76, later A-4, richting Aken-Keulen. Bij het knooppunt Aachener Kreuz slaan we rechtsaf, richting Luik (A-44). Daarna nemen we de eerste afslag (Ausfahrt 3) Aachen-Brand. Onderaan bij de stoplichten gaan we rechtsaf en volgen de B-258 richting Monschau, Stolberg en Kornelimünster. Helemaal boven aan de berg begint de B-258 te dalen en even later verlaten we Aken ook weer. We rijden nu door het dal van de Inde langs het fraaie Kläuser Wäldchen en komen uit in Kornelimünster. Dit plaatsje rijdt we bijna helemaal door. Aan het einde slaat eerst een weg linksaf richting Langerwehe en Breinig af, en even verder een weg richting Mulartshütte en Venwegen, deze tweede weg naar links nemen we. We komen dan langs een grote kalksteengroeve en onder het viaduct van de Vennbahn door. Bij een rotonde rijden we rechtdoor en komen uit in het wegdorp Venwegen met zijn vele breukstenen huizen. Nadat we het dorp weer hebben verlaten begint de weg te dalen en rijden we verder door een bosgebied. Al snel komen we uit op een T-splitsing onderaan de berg. Hier gaan we rechtsaf en zoeken een parkeerplaatsje voor onze auto. De afstand Heerlen-Mulartshütte is circa 35 kilometer.

Onze wandeling.

We starten in het historische plaatsje Mulartshütte. Hier zien we het Altes Jägerhaus, een fraai gebouw in vakwerk dat stamt uit de tijd van de lakenindustrie in de Eifel. Het is gebouwd in 1709. We lopen vanaf het Altes Jägershaus naar de Hoofdstraat tussen Roegen en Stolberg (L-238) en steken deze over. Daarna volgen we deze straat rechtsaf en komen bij een straat naar links die volgens het bord richting Aken en Venwegen leidt. Hier bent u net met uw auto uitgekomen. Deze nemen we en steken de Vicht over. Aan onze rechterhand, langs de oever van de Vicht, tegenover de camping, lag vroeger de ijzersmelterij die de oorsprong van het dorp vormde. Voorbij de camping slaan we een bosweg rechtsaf in. Aan onze linkerhand ligt verder een diep, smal dalletje. Hierdoor en -langs lopen enkele voormalige holle wegen die in vroeger tijden werden gebruikt voor het transport van kruit dat in de steengroeves rondom Aken en Stolberg nodig was. Het kruit was afkomstig uit de kruitfabriek Marienthal die werkte tussen 1863 en 1883 en iets hogerop in het dal, langs de weg naar Rott, lag. Dit soort karrenwegen is vaak heel breed omdat er steeds weer een nieuw traject gezocht moest worden als de oorspronkelijke weg kapot gereden was. Er ontstonden zo allerlei wegen parallel aan elkaar. We lopen nu langs de camping die in het dal van de Vicht ligt langs de rand van een gemengd bos met onder meer Zomereik (Quercus petraea), Wintereik (Quercus robur), Haagbeuk (Carpinus betulinus) en Fijnspar (Picea abies) met in de ondergroei Valse salie (Teucrium scorodonium), Eikvaren (Polypodium vulgare), Fraai hertshooi (Hypericum pulchrum), Witte veldbies (Luzula luzuloides) en Bochtige smele (Deschampsia flexuosa). Hier en daar zien we aan onze linkerkant in de wegberm zwartblauwe en roodachtige lei- en zandstenen uit de Devonische periode Onder-Siegen.
Voorbij de camping zien we rechts de Vicht weer stromen. We lopen verder door een sparrenbos waarin enkele meilerplaatsen liggen, dit zijn cirkelvormige, vlakke plateaus in het bos waar in het verleden houtskool werd gebrand. Deze was bedoeld voor de ijzersmelterijen in de omgeving. Dan lopen we door een beukenbos waarin ook enkele Grove dennen (Pinus sylvestris) groeien.
We passeren het zwembad in het Mückenloch en komen wederom uit in een bos uit Fijnsparren. Daarna passeren we een kapvlakte waar men de Fijnsparren uit de dalbodem heeft verwijderd om meer plaats te bieden aan een meer natuurlijk loofbos.
Bij de parkeerplaats Mückenloch zien we de voormalige steengroeve “Am Wolberberg”. Hier werd Devonisch gesteente voor de wegenbouw afgegraven. Er liggen groenachtige zandstenen en groen-violette leistenen uit het Onder-Siegen. In het gesteente zitten microfossielen van Chitinozoa en Akritarcha. Ook is hier de tektonische overschuiving van gesteentelagen te zien. Op de parkeerplaats gaan we rechtsaf en steken de Vicht en daarna de verkeersweg tussen Mulartshütte en Zweifall over. Aan de overkant volgen we een smal voetpad rechtsaf dat ons naar het dal van de Vollerbach leidt. Hiertoe moeten we rechts aanhouden tot we na 150 meter de Vollerbach oversteken en op een brede bosweg uitkomen. Hier gaan we linksaf en volgen het dal van de Vollerbach. Langs het pad staat Adelaarsvaren (Pteridium aquilinum) en Schaduwkruiskruid (Senecio fuchsii). We lopen door beukenbossen en zien na circa 250 meter aan onze linkerhand een kleine verborgen steengroeve waar groene zand- en leistenen met zwarte mangaankorsten uit de Devonische periode Onder-Siegen voor de wegenbouw werden gewonnen. We negeren een bosweg naar rechts en 200 meter verder, vlak voor een Y-splitsing, zien we weer een mooie steengroeve liggen. Dit is een steengroeve met gesteente uit de Devonische periode Onder-Siegen en bestaat uit een afwisseling van zand- en leisteen.
We gaan op de Y-splitsing linksaf en volgen het beekdal. We steken een beekje over en negeren een bosweg van links. Dan passeren we een kleine rotswand waar Devonisch gesteente aan de oppervlakte komt. Het gebied hier heet “Altes Werk”. Hier werden zandstenen en conglomeraten met ijzer- en mangaankorsten gewonnen. Het gebied werd onder meer gebruikt om ijzererts te winnen voor de mijn Altwerk. Mangaan werd ook in de hoogovens gebruikt als reductiemiddel en om het ijzer harder te maken. In de nabijheid zijn ook ijzerslakken aangetroffen. Op een kruising met onverharde boswegen gaan we rechtdoor en op een volgende kruising staan we op de Zweifaller Schneise, een kaarsrechte bosweg die enigszins verhard is. Hier steken we over. In het bos hier groeit veel Hulst (Ilex aquifolium) en langs het pad staat veel Hangende zegge (Carex pendula). Op een T-splitsing na circa 350 meter gaan we linksaf. Na 600 meter komen we in het dal van de Hasselbach. Hier moeten we in principe rechtsaf, stroomopwaarts langs de beek lopen.


Naar de oude ijzermijn.

Het is echter leuk om een klein stukje, ongeveer 200 meter, naar links te lopen tot bij een oude ijzermijn. Deze kunnen we bereiken door de Hasselbach stroomafwaarts te volgen tot zich van links een klein beekje, de Robbensiefen, bij de beek voegt. Hier gaan we dan linksaf via een smal paadje -er staan al enkele richtingwijzers- naar de ingang van de Heinrichsstollen,een mijngang die afgesloten is met een fraai smeedijzeren hekwerk. Deze mijn “Altwerk” diende tussen 1847 en 1866 voor het winnen van ijzererts. Overigens is nog eens 200 meter verder een cafe-restaurant, Haus Solchbachtal (www.landhaus-solchbachtal.de, maandag en dinsdag rustdag) voor diegenen die hongerig of dorstig zijn.


Vervolg route.

Daarna keren we weer op onze schreden terug tot de weg waar we net op zijn uitgekomen. We volgen nu de Hasselbach stroomopwaarts. We negeren twee wegen die rechts de berg op voeren en steken de Solchbach over. In de wegberm groeit Blauwe knoop (Succisa pratensis) Daarna komen we uit op een dwarsweg die we over een afstand van 100 meter rechtsaf volgen. Op de Y-splitsing met een schuilhut (Am Haferstück) gaan we rechtsaf. We steken de Solchbach weer over en zien aan onze linkerhand een vijver liggen. Het beekdal is opengekapt, de Fijnsparren die hier groeiden hebben plaatsgemaakt voor een meer natuurlijke begroeiing met Zwarte elzen (Alnus glutinosa) en Zachte berken (Betula pubescens). Op een Y-splitsing gaan we rechtsaf en op de volgende Y-splitsing linksaf en volgen dus het beekdal. Op de vochtige dalbodem kunnen we tussen de bomen hier en daar vraatsporen en stuwdammen van Bevers (Castor fiber) zien. We blijven de Solchbach stroomopwaarts volgen. We zien in het dal broekbossen met Zachte berken (Betula pubescens), Pijpenstrootje (Molinia caerulea) en veenmossen (Sphagnum sp.) liggen. Wederom steken we de beek over en lopen langs een elzenbroekbos. Opvallend is dat het water hier roodgekleurd is. Dit wijst op de aanwezigheid van ijzer in de bodem.

We negeren een kruising met onverharde boswegen en blijven de hoofdweg door het beekdal volgen tot we bij een dikke Beuk weer de beek oversteken. Deze weg volgen we tot we weer op de Zweifaller Schneise staan. Hier slaan we linksaf en na 200 meter negeren we een zijweg naar links. We nemen vervolgens een zijpad naar rechts dat gemarkeerd is met het symbool A2. Zo komen we uit in het dal van de Lensbach. We passeren een wegkruis en vlak voor een kleine vijver gaan we linksaf. Op een driesprong gaan we linksaf en zien de steengroeve “Am Weyersbergweg” waar rode Onder-Devonische zand- en leistenen uit de Gedinne fase aan de oppervlakte ligt. In deze groeve werd door de ijzermijn “Neu Scharley” gezocht naar ijzerhoudend gesteente.

Even later komen we uit bij de drukke Hahner Straße. Dit is een oeroude handelsweg. Vroeger was deze weg ook bekend onder de naam “Aachener Pfad”. Het was destijds een holle weg, waarvan langs de huidige verkeersweg nog talrijke resten te vinden zijn. Ook werden er slakken uit de metaalverwerking gevonden.

We volgen de Hahner Straße 100 meter naar rechts en gaan dan linksaf via een voetpad door het bos. Een voetpad dat meteen aan het begin ervan rechts aftakt negeren we, evenals een voetpad dat na 50 meter rechts aftakt. Langs de rand van een paardenwei en twee huizen dalen we af en steken de Lensbach over. We komen uit bij de schuil- en grillhut “Im Dicken Bruch”. Hier kunnen we even de verkeersweg oversteken en in het tegenoverliggende beekdal kijken naar de steengroeve “Am Dicken Bruch” waar rode zand- en leisteen uit de Gedinne fase van het Onder-Devoon te zien zijn. In dit gesteente zijn bij Zweifall fossielen van vissen gevonden. Het materiaal hier werd gebruikt in de wegenbouw. Kiezen we hier niet voor, dan gaan we op de parkeerplaats rechtsaf, steken de beek nogmaals over en gaan aan de overkant linksaf. We volgen de Lensbach nu stroomafwaarts. Langs de beek staan enkele Mispels (Mespilus germanicus). We negeren een voetpad en een weg naar links en bij een brug naar links ligt een steengroeve waar geplooide zandige leisteen met kalkknollen uit het Devoon, Ordovicium en Cambrium te zien zijn. Aan de overkant van de beek ligt achter enkele graslanden het dorp Rott. Daarna komen we bij de Kruisweg naar het Friedenskreuz, waar we even zouden kunnen gaan kijken. Even verderop passeren we de steengroeve “Am Grundbett” met lichte zandstenen met plantenresten erin en violette leistenen uit de Gedinne fase van het Onder-Devoon. Hier werd door de ijzermijn “Neu Scharley” gezocht naar ijzerhoudend gesteente. Even verderop ligt een andere steengroeve met Gedinne- gesteente dat gebruikt werd in de huizenbouw. We komen uit op de Vichttalweg, die rechtsaf de berg op leidt. Langs drie huizen lopen webergop. Daarna vervolgen we de weg rechtdoor via een veldweg door weilanden. Via een asfaltweg dalen we af tot op de verkeersweg. Hier gaan we linksaf. Langs een mooi vakwerkhuis met een breukstenen onderverdieping komen we weer uit bij het Jägershaus.




Laatste controle van de route: januari 2010.