Natuur tussen Maas en Rijn beleven!



Startpagina.
Algemene informatie over de Eifel.
Excursies en lezingen.
Deelgebieden:
-
Eifel
-Limburg
Natuurreservaten en wandelgebieden.
Geschiedenis van de Eifel.
Archeologische plekken.
Historische plaatsen.
Water in de Eifel.
Geologie van de Eifel.
Oude ambachten.
Mijnbouw & oude
industrie.
Paddenstoelen.
Wildparken & Musea.
Feesten.
Heiligen.
Wandelroutes.
Kinderwagenwandelingen.
Links.
Over ons.
Contact/Colofon.
Fotopagina´s.
Alfabetisch register
Naar de Duitstalige sites/ Zu den deutschen Seiten.













Voerstreek.

     

De Voerstreek is het gedeelte van Vlaanderen, tegen Nederland aan. Het ligt ingeklemd tussen het Franse taalgebied en het Nederlandstalige Zuid-Limburg. Er liggen drie grote plaatsen, Moelingen (Mouland) en ’s Gravenvoeren (Fouron-le-Comte) in het westen, Sint-Martensvoeren (Fouron-Sint-Martin) in het midden en Sint-Pietersvoeren (Fouron-Saint-Pierre), Teuven (Teuven) en Remersdaal (Remersdael) in het zuidoosten. Landschappelijk is het een prachtig gebied. Er liggen mooie boomgaarden met hoogstambomen, heggen en holle wegen. Ertussenin liggen verspreid grote boerderijen en de langgerekte lintdorpen.
De Voerstreek is met name bekend vanwege de taalstrijd. Op leegstaande gebouwen, wegen en electriciteitshuisjes tref je spreuken aan als “Patrimoine Fouronnaise”, “Village Wallon” of “Retour a Liège”. De Franstalige gemeenschap is het er duidelijk niet mee eens dat hun taal wordt ondergewaardeerd. De echte taalstrijd begon in 1830 toen België onafhankelijk werd. De Voerdorpen maakten vanaf toen deel uit van de Franstalige provincie Luik. Een tijdlang was Frans de voertaal. De Nederlandstalige gemeenschap probeerde toen kost wat kost erkenning te krijgen voor hun taal. Dit leidde tot spanningen en tegenstellingen in het gebied.
In 1962 werd besloten om de grenzen tussen de Vlaamse en de Waalse provincies te laten samenvallen met de Frans-Nederlandse taalgrens. Dit leidde tot een rare situatie. Er ontstond een Vlaamse (Nederlandstalige) enclave die omgeven werd door Franstalige gemeenten. Tweederde van de inwoners wilde een terugkeer naar Luik en kalkte leuzen als “Retour a Liège” waar ze maar konden. De Vlaamstaligen verenigden zich tot een politieke partij die “Voerbelangen” heet. In de jaren 1970 ontstonden aan beide kanten radicale groeperingen. Met de komst van José Happart, een fruitkweker, escaleerde het geheel. Happart was franstalig en zorgde voor een grote achterban, maar ook de Vlamen kregen steeds meer steun.
Op 9 maart 1980 was er een groot conflict waarbij zelfs de inzet van 1000 politieagenten niet hielp. Balken, bakstenen en stalen buizen werden gebruikt in de strijd tussen de Franstalingen en de Vlamingen. Met waterkanonnen en traangas probeerde de politie de partijen te scheiden. Ambulances voerden ondertussen de gewonden weg.
Daarna werd het wat rustiger en speelde de strijd zich vooral op politiek niveau af. Maar onderhuids siddert het nog steeds. Dat is af te lezen aan de vele leuzen in de Voerdorpen.